Pestprotocol
Op onze school is een pestprotocol aanwezig. In dit protocol staat beschreven hoe we handelen indien er gepest wordt. Wij hebben als school gekozen om met de No Blame aanpak te gaan werken. Dit is een stappenplan dat gebruikt wordt om een pestprobleem aan te pakken.
1. Als eerst vindt er een gesprek plaats met het gepeste kind. Hierin verteld hij/zij over de situatie en zijn gevoelen. Aan het kind wordt gevraagd om iets te maken wat zijn gevoelens uitdrukt, een tekening of knutselwerkje.
2. Na dit gesprek volgt er een gesprek met de leerling(en) die bij het pesten betrokken zijn. Dit gesprek is een groepsgesprek bijvoorbeeld met 2 pesters, 2 meelopers en 2 leerlingen die een positieve invloed hebben op deze groep. Het gepeste kind is hier niet bij aanwezig. Het doel van het gesprek is de kracht van de groepsleden te gebruiken om het best mogelijke resultaat te krijgen.
- Als eerste wordt er aan de daders verteld wat het probleem is en hoe het slachtoffer zich voelt.
- Er wordt verteld over de situatie, zonder dat een leerling beschuldigd wordt. Ook wordt er verteld dat niemand bang hoeft te zijn voor straf, iedere beschuldiging kan ervoor zorgen dat er opnieuw en waarschijnlijk subtieler gepest gaat worden. Het doel is dat de leerlingen begrijpen hoe de gepeste leerling zich voelt.
- Als er geen beschuldigingen worden geuit, wordt er benadrukt dat de leerlingen er verantwoordelijk voor zijn dat het slachtoffer zich weer goed gaat voelen. De groep die bij het pesten betrokken is, kan iets aan het probleem doen. De leerkracht maakt duidelijk dat: er gedeelde verantwoordelijkheid is om de leerlingen te helpen zich weer gelukkig en veilig te voelen. De groep is bijeen geroepen om het probleem te helpen oplossen.
3. Een voor een wordt aan de betrokken leerlingen gevraagd welke ideeën ze hebben om het gepeste kind te helpen, zodat het kind zich weer prettig voelt in de klas en op school. De leden van de groep dragen samen de verantwoordelijkheid voor het stoppen van het pestgedrag. De leerkracht eindigt de bijeenkomst en legt de verantwoordelijkheid om het probleem op te lossen bij de groep.
4. Na 2 weken bespreken we met de groep wat er veranderd is. En of het probleem opgelost is.